Voor het eerst maandenlang op reis
Het is bijna niet te geloven dat we over vier weken al het ruime sop kiezen. Zo snel wordt een plan dan toch ook weer werkelijkheid. Er liggen lange lijsten met bootspullen die we moeten aanschaffen en er moet bevoorrading aan boord, houdbaar eten en drinken voor onderweg. Vijf maanden zeilen vraagt de nodige voorbereiding. We werken gestaag door en zullen uiteindelijk ‘gewoon’ vertrekken. Misschien is niet alles af, aangepast, klaar en naar wens maar de meest noodzakelijke dingen zijn dat tegen het einde van november wel. Dan wordt het echt tijd om te gaan omdat het belangrijk is om in het juiste seizoen de Atlantische Oceaan over te steken.
Uiteindelijk zijn er maar twee dingen écht belangrijk, of mijn dochter Yolinda, die al een paar weken in het ziekenhuis ligt met zware complicaties na een blindedarmontsteking, weer gezond genoeg is om naar huis te kunnen en daarnaast het weer. Het credo ‘bij twijfel niet inhalen’ geldt in andere vorm ook op het water. Het weerbeeld moet goed genoeg zijn, zeker in de december periode.
Wat vraagt dan allemaal zoveel tijd en voorbereiding?
Nu we maanden aaneen aan boord gaan slapen, heeft Dreas een lattenbodem gemaakt waar een fatsoenlijke matras op kan. Ons streven is om zelfvoorzienend te zijn zodat we geen stroom en water meer ‘van de wal’ nodig hebben. Naast de windgenerator komen er twee zonnepanelen, een wasmachine, een watermaker en een nieuwe omvormer/oplader (de oude was een jaren zestig model en een energievreter). Met de watermaker kunnen we van zeewater drinkwater maken.
De aanwezige elektriciteit hebben we na veertig jaar zoveel mogelijk vervangen, de korte golf ontvanger moet nog worden geïnstalleerd. Daarmee kunnen we weerkaarten ontvangen, zelfs als de smartphone het niet meer doet. Die oude techniek is zo gek nog niet.
Zelfvoorzienend zijn is niet alleen handig wanneer we in een baai voor anker liggen, het geeft vooral een vrij en onafhankelijk gevoel. Dan is er nog het zeekaartenwerk, een meteotraining, administratieve rompslomp en nu we vijf maanden van huis gaan, brengen we toch ook maar een bezoek aan tandarts, huisarts en apotheek (voor advies voor de ‘boordapotheek’ en vaccinaties). De wekelijkse Spaanse les loopt gewoon door en het tentamen Klinische Psychologie in het kader van mijn studie Psychologie aan de Open Universiteit is vlak voor vertrek.
Deze laatste maand plannen we ook de ‘afspraken’ met de meest nabije mensen, dochters met aanhang, ouders en oma van 88. Net zoals het snel komende vertrek onwerkelijk lijkt, lijkt het ook onwerkelijk om straks bijna vijf maanden lang mijn kinderen niet te zien. Ook al zijn ze alle drie 18+, eerlijk gezegd denk ik dat ik ze heel erg ga missen. Vorig jaar naar Spanje was dat al en toen kwamen ze na drie weken ons bezoeken. Een bezoek van de kinderen zit er nu niet in.
Toch is er iets in mij dat ik dit avontuur aan wil gaan. In het Spaans heet het zo mooi ‘hambre del alma’, honger van de ziel. Er is een drang in mij om grenzen te verleggen, om mezelf uit te dagen en verder te trekken dan de grond waar ik geboren ben. Zeeziekte en heimwee zullen zich vast weer aandienen, wat dit nieuwe avontuur ons verder brengt, is nog een grote verrassing.
27 oktober 2014
Gerlinde Zoodsma