Voortschrijdend inzicht, zeilend van de Azoren naar Spanje
Met 820 zeemijlen voor de boeg weten we dat we zo’n zes, zeven dagen onderweg zijn. Het moet in zes dagen kunnen maar precies weet je het nooit. Al in de namiddag van de eerste dag realiseer ik me opnieuw dat ik dit niet meer wil, niet meer kan en niet weer ga doen. Ik lig weer binnen. Gestrekt. Horizontaal. Ogen dicht.
Op de derde dag zit ik weer een paar minuten buiten en op de vierde dag is mijn eetlust min of meer terug, ik kan zittend eten en ik kan binnen zijn met mijn ogen open. Het is dan ook rustiger weer. De bewegingen aan boord zijn minder heftig en we gaan minder schuin. Als we voor wat werk aan dek even ruime koers varen, denk ik ‘ja, zo kan ik het ook’.
Wat een bikkels zeg. De mannen die in 1968 vertrokken voor de eerste non-stop rond de wereld race zonder hulp van buitenaf. Het spreekt nog steeds zo tot de verbeelding dat de Golden Globe Race weer op een ‘oude manier’ gevaren wordt. Niet zo dat je met een druk op de knop je grootzeil elektrisch reeft. Nee, ouderwets zeilen. De start is 1 juli as. De Nederlander Mark Slats, timmerman, avonturier en solo Atlantic roeier is één van de deelnemers. Man, wat haal je je op je hals. Maar ook, wat knap. Het is zo ontzettend afzien.
Dreas en ik hebben ons vaak afgevraagd hoe andere mensen dat toch doen. Gezinnen met kinderen zeilen de wereld rond en wij hebben met de vijf-, zesdaagse oversteken ‘problemen’. El Galante niet, zij zeilt wel door. Zij zeilt veel langer door dan wij, als haar bemanning, aan kunnen.
En toch waren wij ook bikkels, realiseer ik me. Hoe we in 2011 begonnen met een eerste tocht naar Engeland. Zonder AIS en windvaanstuurinrichting. We zetten koers, trimden de zeilen en bonden het stuurwiel vast. Het jaar daarna naar Noorwegen, met AIS ontvanger en windvaanstuurinrichting. In 2,5 week op en neer, enkel om mijlen te maken, ervaring op te doen. De zomer van 2013 gingen we samen de Golf van Biskaje over en in december 2014 weer. Altijd samen. We weten immers wat we aan elkaar hebben. Dat lijkt ons gemakkelijker dan nog één, twee of drie man erbij.
Inmiddels is wel duidelijk dat de motordagen mijn beste dagen zijn, tezamen met de dagen met lichte wind, zon en een kalme oceaan. Los van dat het onveilig en super saai is om dagenlang in je kooi te liggen, word je ook nog eens een soort slechte versie van jezelf. Een soort van onverschilligheid daalt over mij neer, apathisch, vlak, zonder lach en zonder plezier. Als ik op de goede dagen weer bijkom, verbaas ik me over de metamorfose.
De conclusie is getrokken. We deden deze tochten mede om onszelf te testen. Het idee van naar Zuid Amerika zeilen stond nog altijd fier overeind. Dat laten we varen. We voelen ons te kwetsbaar op die grote oceaan. De oceaan die prachtig groen, blauw van kleur kan zijn maar ook woest zwart met witte koppen. Zo’n oceaan dat de boot ligt te bonken en te stampen, dat er bakken water over het dek spoelen en je permanent op één oor ligt. Zo’n oceaan met golven waardoor je van de wc wordt gelanceerd. Van die oceaannachten waarin je wel je ogen dicht doet maar geen moment slaapt. Zo’n oceaan dat je van die spookbeelden krijgt, wat als Dreas medisch geëvacueerd moet worden of van het dek spoelt?
Wij houden van buiten, van zeilen, van reizen, van beweging, van onderweg zijn en nieuwe plaatsen aandoen. We houden niet van de hele lange oversteken. Wat dat betreft zijn we meer kustzeilers dan oceaanzeilers. Ergens merk ik, staat dat deurtje van wel nog altijd op een kiertje maar ik heb ook een grens bereikt. Het is het ons niet meer waard om zo af te zien. Zo ervaren we het onderweg. Natuurlijk ben je daarna blij en trots. We doen het toch maar mooi samen. Dat is gewoon gaaf.
Toch is de conclusie dat we voorlopig langs de kust zeilen. Zuid Amerika gaan we vast ooit verkennen alleen dan wel op een andere manier.
30 april 2018
Gerlinde Zoodsma