“Help mij herinneren,” zeg ik tegen Dreas, “ik zeil de boot niet weer terug. Dan verkopen we haar daar maar over drie jaar. Ik zeil niet terug.” Het is augustus 2020, we zeilen op de meest prachtige oceaan, voor de wind en met overvloedige zon, van Noord Spanje naar de Canarische Eilanden. Het gaat heel prima, beter kan niet eigenlijk. Maar als de golven zich opbouwen, zijn de bewegingen aan boord altijd heftig. Link filmpje YouTube
We zeilen met het idee dat we zo’n drie jaar bij de Canarische Eilanden gaan zijn. We kiezen voor Fuerteventura in plaats van El Hierro omdat er van Fuerteventura naar Nederland rechtstreekse vluchten zijn en er is een klein kindje op komst.
Het pakt anders uit. Zoals 2020 voor ieder van ons anders uitpakt dan verwacht.
Het geplande bezoek in oktober 2020 vanwege de geboorte gaat niet door. Als alle restricties weer wat soepeler worden, boeken we een vlucht voor januari 2021. Maar ook dat gaat niet door. En het idee van de kinderen om in maart onze kant op te komen, gaat ook niet door. Wij gaan in maart hun kant op.
Omdat we niet weten hoelang we in Nederland blijven, willen we ons ‘huis’ El Galante mee. Zo lang als mogelijk doen we niet mee aan het testbeleid. Dat betekent dat we voor 40 dagen houdbaar eten en drinken meenemen en misschien alleen in Portugal nog aan een steiger liggen om de accu’s bij te laden, de watertank te vullen, te douchen en een was te draaien. De rest van de in totaal zo’n 4000 kilometer, die we met een gemiddelde snelheid van tien kilometer per uur afleggen, is het doorzeilen of voor anker liggen.
We nemen afscheid van Antonio, Nicolás en Rinus de Reiger. Geen verse vis meer van Antonio (al krijgen we nog een tas vol mee), geen glimlach meer van Nicolás en geen nachtelijke geluiden meer van Rinus die over het water scheert en zijn territorium bewaakt.
Een grote sprong
Ik herinner me het buitenzwembad waar ik vroeger kwam. Een buitenbad met twee duikplanken. De lage duikplank was een makkie. De hoge springplank was er eentje waar ik met knikkende knieën op stond. Vol ontzag keek ik naar de jongens die daar vanaf doken. Ik probeerde het twee keer, belandde beide keren op mijn buik en sprong daarna alleen nog als een kaars het diepe in.
Naar Lanzarote zeilen, was de lage duikplank nemen. De reis terug naar Nederland voelt als op de hoge duikplank staan. Het is niet het ideale seizoen en naar het noorden zeilen is ook niet de ideale richting. Het is nog winter. Wind, golven, kou en nog niet zulke lange dagen. Met warmte en meer daglicht zeilt het makkelijker. We willen alleen niet nog een paar maanden wachten voor we vertrekken. En dus kijken we dagelijks naar de weersvoorspelling, wachtend op een moment waarop wind en golven voldoende lang gunstig genoeg zijn, het moment waarop we kunnen zeggen ‘it giet oan’.
We duiken dan als een kaars in het diepe. We weten een beetje waar we aan beginnen en kijken er tegenop. Met meerdere langere tochten voor de boeg zeilen we El Galante terug naar Nederland met het vooruitzicht eindelijk, eindelijk kinderen, kleinkinderen en mijn ouders in het echt te kunnen zien, aanraken, zoenen en knuffelen.